Laat ik eerlijk zijn: ik heb mijn leven nooit echt gepland. Plannen zijn iets voor mensen met spreadsheets, agenda’s in kleurcodes en doelen op de koelkast. Ik werkte eerder met wat windrichtingen, vage dromen en af en toe een hardnekkig verlangen dat in de verte stond te zwaaien.
Wat ik wel had – en nog steeds heb – zijn ontmoetingen. Mijn leven is er vol van. De meeste passeren vluchtig, als een warme woestijnwind in Zuid-Frankrijk: aangenaam, maar snel weer weg. Andere blijven iets langer hangen, zijn prikkelend, intens misschien – totdat ze weer oplossen in de stroom der dingen. En dan zijn er van die zeldzame ontmoetingen die alles op z’n kop zetten. Die je uit je tent trekken, je verwarren, je raken alsof het leven even tegen je aan botst en vraagt: “Ben je er nog, of slaap je al wandelend?”
Ik weet nog goed hoe ik ooit een lezing van Andreas Burnier hoorde. Ze zei iets ogenschijnlijk eenvoudigs: “Het leven wordt voorwaarts geleefd en achterwaarts begrepen.” Klinkt bijna als een tegeltje bij de HEMA, maar het bleef hangen. En nog steeds – jaren later – denk ik eraan als ik mezelf betrap op het romantiseren van vroeger of het bedenken van waarom-dingen-zo-lopen. Want herinneringen zijn geen feiten. Het zijn hersenverzinsels, geconstrueerde dagboekjes die voortdurend worden herschreven door een selectief geheugen met literaire neigingen.
Zo werd mijn jeugd – die soms bitter smaakte – met terugwerkende kracht herschreven. Niet uit ontkenning, maar omdat ik leerde dat ik het verhaal ook anders kon vertellen. Een beetje zoals een vrolijke Frans die door het leven fietst, en af en toe achterom kijkt met een halve grijns: “Zo, dat heb je ook weer overleefd.”
Wat ik van Burnier ook leerde: het enige waar mensen echt druk mee zijn, is het overeind houden van hun sociale identiteit. Dat script dat je ergens in je puberteit schrijft – vaak onder invloed van ouders, school, je dorp of je dromen – en waar je later aan vastkleeft alsof het marmer is. Maar wat als dat script niet meer klopt? Wat als jij veranderd bent, maar je ‘ik’ dat niet heeft meegekregen?
Misschien is het wel onze grootste opdracht: om trouw te blijven aan dat innerlijke, steeds bewegende ‘ik’. Het goddelijke in jezelf niet verloochenen. Niet inruilen voor de goedkeuring van je netwerk of het comfort van conformisme. Maar ja, dat vraagt moed. Vooral als je omgeving liever heeft dat je gewoon “jezelf blijft”. Alsof dat ooit een vaststaand feit was.
Gisteren was vandaag morgen. En vandaag… is een kans. Om jezelf opnieuw te ontmoeten. Misschien in een andere jas. Misschien met grijze haren. Misschien met zachtere ogen.
En dus stel ik je deze vragen – niet omdat ik de antwoorden weet, maar omdat ze me wakker houden:
– Wie of wat in jouw leven wordt nooit gezien?
– Waar gaat het zelden over, terwijl het schreeuwt om aandacht?
– Als je uitzoomt, wat zie je dan als eerste?
– En… is jouw ‘ik’ nog steeds in beweging?
De reis is nog niet voorbij. De sterren lonken weliswaar – stil en geduldig – maar we hebben nog wat ontmoetingen tegoed. Misschien wel die ene, die alles verandert.