Blog 4 over AI – Machtsstructuren kantelen


We staan aan de vooravond van een omwenteling die de mensheid nog niet kan bevatten, omdat de grootste gevolgen van AI niet liggen in wat het doet maar in wat het onherroepelijk zal veranderen in de structuur van onze werkelijkheid.

Macht is altijd een gevolg geweest van toegang tot schaarste. Schaarste aan land, schaarste aan grondstoffen, schaarste aan arbeid of kapitaal. Maar AI introduceert een nieuwe vorm van macht: toegang tot intelligentie. En intelligentie was tot nu toe het meest gelijk verdeelde goed ter wereld. Maar dat verandert. De ongelijkheid in toegang tot cognitieve middelen wordt de nieuwe klassegrens.

Niet langer arm versus rijk.

Niet langer elite versus volk.

Maar hoog-intelligentie-gebruikers versus laag-intelligentie-gebruikers.

Een team van drie ontwikkelaars kan met de juiste AI-tools een sector ontwrichten waar vroeger miljarden en honderden medewerkers voor nodig waren.

Staten die AI volledig integreren kunnen een mate van controle en voorspelbaarheid bereiken die voorheen onmogelijk was. Ze kunnen de samenleving sturen op microgedrag. Ze kunnen risico’s voorspellen die nog niet zichtbaar zijn. Ze kunnen afwijkingen detecteren voordat deze zich manifesteren. Dat creëert een nieuwe vorm van staatsmacht voor staten die centralisatie, data en politiek willen combineren.

Maar individuen met toegang tot krachtige modellen kunnen bijna evenveel. Een leraar, verpleegkundige, programmeur of activist met de juiste tools kan dingen doen die voorheen alleen mogelijk waren binnen organisaties met honderden medewerkers. Machtsconcentratie en machtsverspreiding vinden tegelijkertijd plaats. Het resultaat is een instabiel evenwicht waarin geen enkel machtscentrum nog vanzelfsprekend is.

Het klassieke midden valt weg. Politiek, bureaucratie, middenmanagement, oude instituties. Politiek verliest invloed omdat zijn instrumenten te traag zijn. Bedrijven die AI omarmen worden superorganismen die elk ander bedrijf wegconcurreren. Netwerken en online gemeenschappen vormen invloedssferen die ongrijpbaar zijn voor wetten en regels. Individuele burgers worden zwakker of juist sterker, afhankelijk van hun adaptievorm.

Het gevolg is een ongekende asymmetrie. Macht wordt vloeibaar. Het vloeit naar die plekken waar AI het best wordt ingezet. Deze verschuiving tast de fundamenten aan van bestaande samenlevingen. Het zet staten onder druk. Het ontwricht markten. Het creëert nieuwe elites waarvan we de aard nog niet begrijpen.

Wie deze nieuwe machtslogica begrijpt, heeft een kans om mee te bewegen. Wie dat niet doet, verliest de grip.